AF-18085 | Groenbemesters in de praktijk: een stap naar diversificatie van plantaardige productiesystemen

Bert van Rees2019, Kernthema Klimaatneutraal, Project, TKI-projecten

Projecttitel: Groenbemesters in de praktijk: een stap naar diversificatie van plantaardige productiesystemen
Projectnummer: AF-18085
Missie: Kringlooplandbouw
MMIP: Gezonde, robuuste bodem en teeltsystemen gebaseerd op agro-ecologie en zonder schadelijke emissies naar grond- en oppervlaktewater (A2)
Looptijd: 2019 – 2022
Projectleider: Leendert Molendijk 
Betrokken partijen: Barenbrug, BO Akkerbouw, DSV Zaden​, Joordens,​ LTO Nederland,  Vandinther  Semo, van Iperen, Wageningen Plant Research, Wageningen University & Research.


De plantaardige productie in Nederland behoort tot de meest efficiënte groene productiesystemen ter wereld. Het was en is echter ook een systeem dat enorme input vereist. Er is een grote bereidheid om te investeren in de verduurzaming van de landbouw. Groenbemesters – een gewas dat gezaaid wordt na het productiegewas – worden geteeld in het kader van duurzaam nutriënten- en bodembeheer en hebben een grote potentie om bij te dragen aan deze transitie. Echter, er is ook een serieus punt van zorg: bij een ondoordachte keuze kunnen groenbemesters als een katalysator voor notoire bodemziekten fungeren.

Dit project beoogt de inzet van groenbemesters om de in de bodem aanwezige natuurlijke antagonisten te stimuleren en hiermee de bodem weerbaarder en biodiverser te maken. Dit mag natuurlijk niet de vermeerdering van bodemziekten in de hand werken. In dit project richten we ons op monoculturen van de drie veelgebruikte plantenfamilies: de grassen, de vlinder- en de kruisbloemigen. De kennis over de effecten van de monoculturen op de bodemweerbaarheid zijn essentieel om de effecten van groenbemester-mengsels op bodemweerbaarheid te kunnen begrijpen.

We onderzoeken hoe groenbemesters ingezet kunnen worden om aanwezig ziektewerend potentieel in de bodem te mobiliseren en zo pathogenen te onderdrukken. Er zijn vele schimmelsoorten die aaltjes parasiteren, en specifieke bacteriegemeenschappen die pathogene schimmels onderdrukken. Een weldoordachte keuze van groenbemesters kan deze aanwezige natuurlijke antagonisten in de bodem stimuleren. De bodem kan beschouwd worden als een microbiële bank waarbij tot 80% van het bodemleven zich in een slaaptoestand bevindt, die door het telen van de juiste gewassen weer actief wordt. We beogen dus groenbemesters dusdanig in te zetten dat 1) ziektevermeerdering voorkomen wordt en 2) het reeds aanwezige ziekte-onderdrukkend vermogen van de bodem wordt ‘geboost’.

In dit project optimaliseren we een moleculair platform waarmee op perceelniveau de ondergrondse ziektedruk voor de geselecteerde pathogenen, als antagonisten kan worden gekwantificeerd. We maken ook gebruik van de state-of-art high-throughput technieken, voor zowel DNA als RNA (cDNA). De kennis over pathogenen en hun antagonisten wordt geïncorporeerd in een groenbemester-beslisboom, die wordt ontworpen en getest in nauw overleg met de eindgebruikers. Deze beslisboom neemt praktische teeltaspecten, zoals nutriëntenbalans, onkruid-onderdrukkend vermogen, en inwerkaspecten expliciet mee, om in geïntegreerd groenbemesteradvies te kunnen voorzien. De substantiële ondersteuning van dit project door zowel eindgebruikers als veredelaars en leveranciers van groenbemesters geeft aan dat dit projectidee niet alleen wetenschappelijk ambitieus en uitdagend is, maar ook voorziet in een dringende behoefte aan natuurvriendelijke èn effectieve methoden in een landbouwpraktijk op weg naar verduurzaming.

Links:

Deel dit bericht